5.3 Persoonlijk leerdoel

Werkvorm: binnenkring – buitenkring

  1. Maak een binnen- en buitenkring (staand!).
  2. Zorg dat je tegenover een maatje staat.
  3. De juf/meester stelt een vraag.
  4. De binnenkring geeft antwoord aan hun maatje.
  5. De buitenkring geeft antwoord aan hun maatje.
  6. De binnenkring loopt … plaatsen verder.
  7. Vanaf stap 3 herhalen.

Vragen gesteld door juf/meester:
• Waar ben je trots op (m.b.t. het persoonlijke leerdoel)?
• Lukt het je goed om hieraan te werken? Hoe komt dat?
• Wat zou je jezelf als tip kunnen geven om goed aan je persoonlijke leerdoel te kunnen werken?