Vraag aan elkaar (in twee- of drietallen):
- Heb je deze les iemand anders geholpen? Zo ja, waarmee?
- Heb je deze les iemand om hulp gevraagd? Hoe ging dat?
- Heb je deze les doorgezet wanneer iets niet lukte?
- Tijd over? Bedenk extra vragen.
De juf of meester vraagt tot slot (klassikaal) twee leerlingen wat de ander heeft geantwoord.